refrein 1
Heer, als ik denk aan wat U voor mij deed,
dan kan ik U alleen maar danken.
En als ik denk aan de strijd die U streed,
dan kan ik U alleen maar danken.
strofe 1
Angst en verdriet in Gethsémané;
door uw eigen vrienden verlaten
en verraden door een kus,
geschopt en geslagen,
omdat U zoveel van mij hield.
refrein 2
Heer, als ik denk aan wat U voor mij deed,
dan kan ik U alleen maar danken.
En als ik denk aan de pijn die U leed,
dan kan ik U alleen maar danken.
strofe 2
Doornen op uw hoofd,
een speer in uw zij,
spijkers door uw handen en voeten;
van het leven beroofd,
om te sterven voor mij,
omdat U zoveel van mij hield.
refrein 1
Heer, als ik denk aan wat U voor mij deed,
dan kan ik U alleen maar danken.
En als ik denk aan de strijd die U streed,
dan kan ik U alleen maar danken.refrein 2
Heer, als ik denk aan wat U voor mij deed,
dan kan ik U alleen maar danken.
En als ik denk aan de pijn die U leed,
dan kan ik U alleen maar danken,
slot
dan kan ik U alleen maar danken,
dan kan ik U alleen maar danken,
o, Heer.